Doe mee!

Het verhaal van Jaylano (8 jaar)

leerling op ‘t Hofpark in Apeldoorn

“Je geeft ze ook op een andere manier de kans om hun talent te laten zien”

Stichting Special Heroes Nederland maakt zich sterk voor mensen met een beperking door een gezonde en actieve levensstijl te stimuleren en een zo groot en breed mogelijk aanbod in sport, cultuur, werk en gezondheid te creëren. Dit doen we met verschillende programma’s o.a. Sport Heroes. Met dit programma willen we leerlingen laten ervaren hoe leuk sport en bewegen kan zijn. De leerlingen en hun wensen staan hierin centraal en op basis daarvan worden passende sport- en beweegactiviteiten aangeboden. Van voetbal, atletiek, korfbal en judo, tot aan rolstoeldansen, hockey of freerunning. Het doel van het programma is niet alleen verbetering van fysieke fitheid en gezondheid, maar het zorgt ook voor meer zelfvertrouwen, zelfstandigheid en uitbreiding van de leefwereld van de leerlingen. Graag delen we mooie ervaringsverhalen van leerlingen. In dit verhaal staat Jaylano centraal.

Jaylano is 8 jaar en woont samen met zijn moeder in Apeldoorn. We praten met hem in de gymzaal van zijn school ‘t Hofpark te Apeldoorn. En niet zo maar een plek in de gymzaal: de judomat en op deze plek vertelt hij enthousiast over zijn grote hobby.

 

Wat vind je zo leuk aan Judo? “Dat je heel lang kan doorgaan. Ik vind het gewoon leuk om een sport te doen”.

Je traint een paar per week en je speelt ook wedstrijden. Kun je wat meer vertellen over de wedstrijden. “Je moet alles laten zien wat je kan en je moet tegen elkaar”.

Jaylano heeft nu zijn oranje band en hij showt trots zijn kaart met oefeningen voor de gele band. Wat staan daar voor oefeningen op? Wat moet je allemaal doen? “Buigen, de voorwaartse en achterwaartse rol, achterwaarts vallen”. Ook meester Marco zit bij het gesprek. Marco is de judotrainer van Jaylano.

Marco: “Dat klopt Jaylano, we beginnen en eindigen de les altijd met een groet. Eerst op de knieën en dan nog een staande groet, want we zijn heel vriendelijk in het judo, zeg ik altijd. We groeten dus altijd 2x en zonder groeten, geen wedstrijd.

Kun je ons misschien wat oefeningen laten zien Jaylano? Nou dat wil hij wel! Vol trots en enthousiasme worden er oefeningen gedaan. Uiteraard sluiten we deze af met een groet. Vervolgens praten we nog verder met meester Marco, de moeder van Jaylano en meester Danny.

In gesprek met meester Marco, judotrainer van Jaylano
Geef je al lang training aan Jaylano? “Hij zei nog niet zo lang, maar inmiddels alweer bijna een jaar. We gaan naar het 2e examen en hij heeft het 1e examen al gedaan, dus dan ben je al een jaar op les”. Maar al wel veel langer in het speciaal onderwijs; “ja, volgend jaar al 30 jaar!”

We hadden het net al over de persoonlijke ontwikkeling van kinderen, wat sport met kinderen doet. Wat vindt u de kracht van het programma van Special Heroes? “De kracht van het programma is, want ik heb al vaak voor Special Heroes clinics gegeven, meeste hier bij de Ambelt en in het ‘t Hofpark, is dat het heel erg aansluit bij de wens van de kinderen. En dat de Stichting ook wel de moeite neemt om mensen te zoeken die het op een goede manier kunnen aanbieden. Dat het laagdrempelig is en dat je altijd, stel dat kinderen wel bij de club komen, even tijd hebben om te kijken of het ook bij de club leuk is. Dat je niet gelijk als je komt eraan vast zit, dus heel erg laagdrempelig”, aldus meester Marco.

Zijn er dan ook wel dingen waar u tegenaan loopt? Heeft u bijvoorbeeld een andere aanpak als je het vergelijkt het met regulier onderwijs? “Nee, ik geef altijd overal hetzelfde les. Het is natuurlijk wel zo dat als ik weet dat een jongen of een meisje uit speciaal onderwijs komt en ik weet als het even niet gaat dan heb ik dat heel snel in de gaten terwijl een andere trainer dat helemaal niet zou merken, maar dat maakt dat het eigenlijk helemaal niet opvalt. Als je bij mij in de les zou komen dan zou u niet weten of het Jaylano in het speciaal onderwijs zit. En nog meer, want in zijn groep zitten nog een paar kinderen. En die vallen helemaal niet op.” Nee, het draait ook om de sport. “Ja precies, het draait ook om de sport en ze mogen zijn wie ze zijn”. Hoe is de doorstroom van de scholen naar uiteindelijk naar een vereniging toe? “Ja, dat blijft eerlijk gezegd altijd een beetje laag, vind ik. Van Special Heroes zijn er maar een paar kinderen. Maar dat is misschien ook niet het grootste doel. Het grootste doel is dat ze eerst maar eens kennismaken met sport, want heel veel kinderen sporten gewoon niet. En door Special Heroes kunnen ze toch met heel veel sporten kennismaken en als bij elke sport een of twee die sport gaat beoefenen, dan heb je er toch weer een paar kinderen meer aan het sporten gekregen dan niet.”

Zeker, en wat u net al aan gaf is dat het niet alleen om het sporten gaat, maar ook het andere vlak wat meetelt. “Judo is een groep, nou ja judo is geen groepssport want je moet het met z’n tweeën doen en in het voetbal doe je dat met z’n elven natuurlijk. Maar je hebt wel altijd met iemand anders te maken. Weet je, ga je handboogschieten dan heb je alleen een boog en een blazoen, dan heb je eigenlijk met niemand wat van doen. Dus het is wel belangrijk dat zij contactsporten zoeken waarmee ze dus toch met anderen moeten samenwerken. En dat is voor iedereen belangrijk, los van het speciaal onderwijs.”

Ja zeker, mooie aspecten komen daarin naar voren. Wilt u zelf nog iets kwijt of iets vertellen? “Wat ik wel mooi vind in die jaren dat ik dit nu al doe dat veel kinderen uit het onderwijs, speciaal onderwijs, in de sport vaak uitblinken ook al kun je minder goed leren. Dat je als je wel goed bent in je sport dat dat dan ook terugvloeit naar beter leren. Want als je rustiger wordt door goed te sporten dan heb je ook meer rust bij andere dingen. En er zijn ook nog veel jongeren die in die 30 jaar al best wel op een hoog niveau hebben meegespeeld, zowel nationaal als internationaal. En dat is toch maar een mooie bijkomstigheid. En als je denkt dat deze kinderen toch vaak niet die kans krijgen. Ook assistent trouwens. Er is nu heel lang een assistent geweest die nu een gewone baan heeft en er is een jongen die uit het speciaal onderwijs komt, ook van meester Danny les gehad heeft, en die is nu in opleiding om judoleraar te worden. En als hij zijn diploma haalt, kan hij aan het werk.”

In gesprek met Sophie, moeder Jaylano
Hoe belangrijk vind je sport voor Jaylano? “Ik vind het heel belangrijk dat Jaylano sport. Ik denk dat het voor elk kind belangrijk is om een sport te vinden of op een sport te gaan. En wat vind je zo belangrijk daaraan? “Dat hij leert omgaan met andere kinderen spelen, sporten met andere kinderen en dat hij een uitlaatklep heeft voor zichzelf.” Was Jaylano buiten zijn school om ook al eerder gaan sporten? Of eerder bij een vereniging geweest? “Hij heeft zwemles gehad een aantal jaar en eigenlijk heb ik met hem afgesproken na je zwemdiploma mag je op een sport. En toen hadden we al eerder gekeken bij een judovereniging, een lesje maar dat vond hij best wel heel spannend om er naar toe te gaan en die stap te maken. En toen kwamen dus de judolessen op school, dus dat was heel fijn dat hij daardoor kennis kon maken met judo”. En wat maak het zo fijn dat het eerst hier op school plaatsvindt? “het is hier op school natuurlijk vertrouwd. De gymleraar die hier rondloopt is er altijd bij. Je zit in je eigen school, het is een stuk laagdrempeliger om daaraan mee te doen. Hij was eigenlijk vanaf het begin echt super enthousiast”, aldus zijn moeder.
En dan specifiek judo of zijn er ook nog andere sporten geweest die hij leuk vond? “judo was hij gelijk heel enthousiast over. Ze hebben ook een tijdje freerunning gehad, ook vanuit Special Heroes hier op school, vond hij ook heel erg leuk. En daar heeft hij ook al een lesje gekeken bij de vereniging zelf.” Wat doet het sporten met Jaylano zelf? “Ik denk dat hij er ontzettend veel leert. Judo gaat natuurlijk ook heel erg over discipline en luisteren en dat vindt hij heel spannend en heel moeilijk. Merk echt op de judoles zijn er heel veel jongens heel druk, maar ze doen het allemaal heel goed en dat komt ook echt wel door de judomeester die ze hebben en dat is gewoon heel belangrijk voor hem. Ik zie hem daarin echt veel in groeien. En ik merk het ook thuis. Heel mooi dat hij dingen van het sporten ook op een ander vlak mee kan nemen. En daarnaast natuurlijk het leren vallen, het leren op een bepaalde manier jezelf verdedigen”. Wil je verder nog iets kwijt of iets vertellen? “Ik vind het initiatief Special Heroes ontzettend mooi. Ik denk dat het heel goed is dat ze het hier op school aanbieden voor alle kinderen en dat ze kennis kunnen maken met verschillende sporten en dat het laagdrempelig is om op deze manier naar een vereniging te gaan”.
Als laatste spreken we nog met Danny, de meester van Jaylano.

In gesprek met meester Danny
Wat is uw rol binnen de school? “Ik ben vakdocent, dat in eerste instantie. In 2013 kregen we de kans in Apeldoorn om ook het combinatiefunctionaris-verhaal in te gaan voeren, dus toen kreeg ik dat deel van mijn taak erbij. Dus dan hoef ik geen les te geven maar, dan krijg ik bijvoorbeeld de tijd om leerlingen naar een vereniging te begeleiden. Dus wat we nu doen met Special Heroes. Special Heroes binnen school halen en de trainer binnen school. Dan kennen ze de trainer in een veilige omgeving met mij of vak/groepsdocent erbij. En wat er dan gebeurt, is een proefles bij de vereniging dan ben ik meestal de eerste keer ook aanwezig, dus op die manier proberen we het tot een succes te maken en de drempel zo laag mogelijk te maken. Dus dat is de combinatie van combinatiefunctionaris en vakdocent.”

Wanneer zijn jullie begonnen met het programma Sport Heroes? “Volgens mij 2011.. Echt al een aantal jaren dat we dit doen.

Waarom is erin toentertijd besloten om mee te doen? “Nou omdat de sportdeelname van de leerlingen heel laag was en via dit programma konden we er zorgen dat er een warme overdracht was naar de vereniging. Je neemt een aantal drempels weg, de sport was ondertussen een beetje bekend bij ze, de trainer is bekend bij ze. Helemaal met de combinatiefunctionaris, want dan konden we die overdracht doen en kon ik mee de eerste keer. Maar de reden was inderdaad een laag sportdeelname en dit is een mooi programma om daarvoor te gebruiken.”

En merk je dat ook? Hoe zie je de doorstroom nu naar een vereniging? “Dat zijn echt enkelingen, maar die enkeling hadden we anders niet gepakt. En soms bij een sport ook niemand, dat gebeurt ook dat er gewoon niemand voor de proefles is. En wat ik ook merk dat het vaak ook op lange termijn zit, dus dat als we nu de proefles doen eind deze maand en dat het dan niet zo is dat ze direct lid worden van een vereniging, maar dat ze een half jaar later ineens roepen; meester ik ben toch op freerunning gegaan! Dat kan gebeuren dat het soms voor een leerling geen goede timing is. Dat het voor zijn persoonlijke proces niet handig is.” Doen jullie veel aan binnen en naschoolse activiteiten? “Binnenschools wel, naschools doen we met het schoolsporttoernooi in Apeldoorn en bijv ook met een avondvierdaagse, dus we zijn wel een sportactieve school, maar het is niet zo dat we een naschoolsesportclub hebben of zo.”

Wat merk je zelf wat het effect is van het programma Sport Heroes bij de leerlingen? “Dat die kennismaking gaaf is! Sommige leerlingen hebben, niet altijd maar soms wel, het nodige meegemaakt en niet altijd een rustige thuissituatie en vaak hebben ze thuis niet altijd de ruimte (financiële of sociale, emotionele ruimte) om ze ergens heen te brengen of aan iets mee te laten doen. Of ze hebben al tig keer hun hoofd gestoten; daar zijn ze weggestuurd want, ze werden als vervelend ervaren en dat hierdoor de moed bij de kinderen en ouders/verzorgers ook in de schoenen is gezonken en dat ouders ook zoiets hebben weet je ik ga je niet weer ergens heen brengen want dan stoot hij weer zijn hoofd, weer een negatieve ervaring. En ik merk door deze manier van werken de kans op succes groter is en wat wij altijd wel gezegd hebben de combinatie van Sport heroes en de combinatiefunctionaris dat is echt een gouden greep. Dat maakt dat ik ook de tijd heb om met ze naar een vereniging te gaan en dat je kan kijken hoe je het gaat inrichten”, aldus de enthousiaste meester Danny. En specifiek bij Jaylano. Wat merk je wat sport met hem doet? “Dat hij zijn energie er absoluut in kwijt kan. Dat hij in zijn kracht komt te staan. Hij vindt het gaaf, hij vindt het geweldig. Ook dat hij er heel veel lessen uit kan halen, want hij is soms snel door zijn enthousiasme wat geïrriteerd of boos. Bijvoorbeeld bij verlies of bij iets wat niet eerlijk gaat, in zijn ogen. Daar kun je hem dan ook mee helpen. En niet altijd op het moment zelf. De lessen ‘Rots en water” heeft hij bijvoorbeeld ook van mij gehad dan gaan we juist zitten op dat soort dingen.

Mooi voorbeeld was vandaag dat een andere jongen wel door wilde gaan. Hij had ook boos kunnen worden en dat deed hij op dat moment niet. Daar koos hij niet voor. En die rust en die structuur zie je wel meer bij hem. Het is lastig of dat door het sporten komt, want hij wordt ook ouder. Maar ik zie wel dat hij er stappen in maakt en dat sport een belangrijk onderdeel hiervan is. Je verzorgt de boel een beetje, je maakt de kans van slagen gewoon een stuk groter en ik vind het programma ook wel heel duidelijk werken naar ouders toe. We kwamen er achter dat sport niet voor alle kinderen aansloeg, dus we zijn op een gegeven moment ook met Art Heroes begonnen, omdat we daar andere kinderen van zagen groeien of nieuwe talenten naar boven zagen komen bij kinderen. Dat is een van de dingen die we er ook bij zijn gaan doen, ook al ben ik dan combinatiefuntionaris Sport. We vonden dat zo belangrijk en dat hebben we dan ook weer samen met Special Heroes gedaan omdat dit naar ouders ook makkelijk is. In alles wat we doen in richting vrije tijd dat we dat met Special Heroes samendoen. Zo overwegen we ook om met Healthy Heroes aan de slag te gaan. Daar zijn we nu mee bezig om dat samen met de projectleider van Special Heroes (Kris) op te zetten.

Wil je nog iets delen?

“De successen… en dat is wat Marco ook net al aangaf, je spreekt kinderen aan op een andere manier. Je spreekt ze niet aan op hun cognitieve vaardigheden, maar je spreekt ze aan op andere vaardigheden. Jaylano leert makkelijk, maar je ziet ook dat hij hier ook heel goed zijn kracht in kwijt kan. Je geeft ze ook op een andere manier de kans om hun talent te laten zien”, eindigt meester Danny.

Fotografie: Winanda van Zwamen, WVZ Fotografie